PostHeaderIcon Het verschil tussen talent en vaardigheden!

Er was eens een jongetje dat een viool van zijn opa kreeg. Zijn opa leerde hem erop spelen en het jongetje had er lol in, sterker nog, hij bleek een absoluut gehoor te hebben en de prachtigste muziekstukken te kunnen naspelen. Hij bedacht zelfs eigen liedjes, waar mensen erg van konden genieten. Op een dag mocht hij naar muziekles. Hij was heel blij, want daar zou hij nog meer leren! De muziekleraar gaf hem een muziekstuk en zei: “Laat maar eens horen wat je kunt.” Het bleef stil. “Speel maar!” zei de muziekleraar. Weer bleef het stil. De leraar vroeg wat er aan de hand was. Het jongetje zei: “Ik kan het niet, ik weet niet wat er staat”. Zoals een goed muziekleraar betaamt leerde hij de jongen de beginselen van het notenschrift. De jongen had er best moeite mee; het was een vaardigheid die hij moest leren. Gelukkig had hij een opa en een muziekleraar die uitstekend samen konden werken. De muziekleraar leerde hem het notenschrift op een gedegen manier lezen en spelen en had ook oog voor zijn talent. Aan het einde van iedere les mocht de jongen laten horen wat hij met zijn opa had geoefend. Als er een scout was langs gekomen tijdens het leren van het notenschrift had deze wellicht gedacht: die jongen kan niet zo goed viool spelen. Maar kwam hij aan het einde van de les langs dan zou hij het talent onderkennen en de jongen stimuleren waar mogelijk. Het mooie was dat de jongen zeer gedreven was om het notenschrift te leren, omdat hij dan niet alleen zelf kon componeren en naspelen, maar ook de prachtigste stukken zou kunnen lezen! Door hem zowel de ruimte te geven (talent stimuleren) als het notenschrift aan te bieden (vaardigheden leren), kon de jongen zich maximaal ontplooien.

Zo zie ik het onderwijs ook. Door een goede balans tussen talentstimulering (verdieping en verbreding) en het basisaanbod (compacten), kunnen ook hoogbegaafde leerlingen met plezier het beste uit zichzelf halen!

 


Comments are closed.